Loes de Fauwe uit Oud-Velsen stuurde me nog dit verhaal, de dag na de Jaarmarkt in Oud-Velsen.
Het staat vandaag ook als ingezonden brief in de krant. Het gaat over het verbod op de vrijmarkt:
Hallo Fokke,
Zonder twijfel zullen jullie berichten over de jaarmarkt in Oud-Velsen waar de opkomst heel dun was als gevolg van het vrijmarktverbod.
En de bezoekers die er waren liepen zonder uitzondering te mopperen, of toonden teleurstelling omdat er ‘zo niets meer aan is.’
En zo was het precies.
Toezicht op handhaving van het vrijmarktverbod was er zaterdag wel, en dat heeft, althans bij mij voor de deur, geleid tot potsierlijke toestanden.
Met een paar vriendinnen had ik voor mijn deur aan de Torenstraat een tafel opgezet.
Want persoonlijk vind ik een algeheel vrijmarktverbod (en ook slechts tien dagen vooraf bekend gemaakt) overdreven.
Het argument van vrije doorgang voor hulpdiensten is aanvechtbaar. In geval van nood bieden allerlei straatjes vluchtwegen dan wel toegang. (Zal daar de ambulance over wat kleedjes moeten rijden zeg, het is niet zo dat daar de Nachtwacht te koop ligt).
De jaarmarkt is naar mijn mening met geen redelijkheid tot risicogebied te benoemen - dan is elke markt, kermis, feestweek, popfestival, fabriekspoort of winkelstraat een potentieel gevaar.
Dus omstreeks tien uur zetten wij de spulletjes op twee tafels voor de deur. Aanloop en verkoop genoeg, tot rond enen twee zogenoemde handhavers zich aan onze tafel meldden. Ook zo vlak voor mijn eigen voordeur - de straat was nog steeds ruim begaanbaar - was de vrijmarkt verboden. “U moet inpakken.”
Aan de handhavers de vraag wat er zou gebeuren als we nièt inpakten?
Dan zou er een motoragent komen, zo zeiden de mannen, en dan zouden wij worden ontruimd.
Zou die de motoragent onze boeken, cd'tjes, kannetjes, borden en kopjes in zijn tas meenemen? Nee, zeiden de handhavers: “Dan komt er ook een politiebusje.”
Dat beeld, ik moet het toegeven, was verleidelijk.
De volgende vraag was hoe hoog de bekeuring zou zijn. Ik nam mij voor mij te laten bekeuren en de zaak bij de rechter te laten voorkomen.
De handhavers wisten het niet. Op mijn verzoek belden zij met het politiebureau. Het antwoord was: “Mevrouw, dan wordt u ontruimd en niet bekeurd, u wordt meegenomen naar het bureau.”
Wat? Voor het overtreden van de algemene politieverordening? Nee, dat zou dan zijn omdat ik de aanwijzingen van de handhavers had genegeerd. De handhavers, dat was duidelijk, hadden ook moeite met de boodschap. Niet in de laatste plaats omdat een oploopje dreigde.
Weigeren te gehoorzamen aan het wettig gezag is een zwaarder delict dan overtreding van de APV. Omdat met een aanhouding op die gronden het niet meer over de vrijmarkt zou gaan, maar alleen maar over de gezagkwestie hebben we besloten om niet tot het gaatje te gaan. We hebben ingepakt.
In deze hele gang van zaken echter- een dreigende arrestatie, ontruiming, nog even en de ME was opgeroepen zou je denken – zijn toch alle verhoudingen wel zoek.
Ik mag hopen dat volgende jaar de vergunningenkwestie met meer gezond verstand wordt beoordeeld en gehandhaafd dan nu het geval was.
dinsdag 29 september 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten